Advertentie

Artikel

Farming Simulator 15: onze eerste indruk van de virtuele boerderij

Farming Simulator 15: onze eerste indruk van de virtuele boerderij
Niek Leermakers

Niek Leermakers

  • Bijgewerkt:

Veel landbouw-fans hebben lang moeten teren op enkele screenshots en trailers van Farming Simulator 15, maar de simulator is nu eindelijk beschikbaar. We hebben de landbouwsimulator kort na de release gespeeld om erachter te komen wat er allemaal nieuw is aan Farming Simulator 15.

Omdat een beeld meer zegt dan 1000 woorden – en video’s al helemaal – hebben we onze speelsessie voor jullie opgenomen. Hierbij richtten we ons niet zozeer op de nieuwe speelmodi en functies in het spel, maar juist op de graphics. De trailers die we voorafgaand aan de release bekeken, beloofden namelijk veel goeds.

Bekijk onze gameplay-video hieronder:


Na het spelen van Farming Simulator 15 kunnen we het volgende concluderen: de echte die hard fans van landbouwmachines kunnen hun hart ophalen met alle nieuwe, waarheidsgetrouwe voertuigen in het spel. Liefhebbers van natuurschoon zullen bovendien de uitgestrekte Scandinavische landschappen absoluut kunnen waarderen. Zowel de voertuigen als de omgeving zijn van hoge grafische kwaliteit.

Er zijn echter ook wat elementen in Farming Simulator 15 die ons een beetje tegenvallen. Zo blijft je landbouwvoertuig altijd intact, zelfs als je met een rotvaart van een steile rotswand dondert. Daarnaast is het niet mogelijk om onschuldige voorbijgangers aan te rijden (ook al is dat natuurlijk niet het doel van het spel), want je rijdt er gewoon dwars doorheen. De speelwereld is ook niet zo uitgestrekt als we hoopten. Je kunt bijvoorbeeld niet zomaar een tunnel in rijden.

Op het eerste gezicht zijn we onder de indruk van de graphics, al hadden we stiekem op nóg betere graphics gehoopt. Binnenkort nemen we Farmining Simulator 15 uitgebreider onder de loep, zodat we een uitgebalanceerd oordeel kunnen vormen. Voor nu: veel speelplezier!

Lees ook:

Niek Leermakers

Niek Leermakers

Het nieuwste van Niek Leermakers

Editorial Richtlijnen